Verhaal
Inspiratie:

'Laat de fietser zien dat hij nu de aandacht krijgt'

Binnen het programma A2 Deil- Vught werken diverse partijen en organisaties dagelijks samen aan een veiligere A2 met minder vertragingen en opstoppingen. Zij vertellen u graag meer over hun betrokkenheid bij het programma. Hier leest u het verhaal van Wietse Bruggink.

Wietse, projectleider voor de snelle fietsroute F2 Zaltbommel-'s-Hertogenbosch, heeft een duidelijk doel voor ogen. Hij wil fietsen aantrekkelijk en comfortabel maken. “Al decennialang passen wij onze omgeving aan op automobilisten. Het wordt tijd dat de aandacht verschuift naar andere, actievere vormen van mobiliteit. Fietsen bijvoorbeeld.”

Sneller en veiliger

Sinds 2018 is Wietse namens de provincie Gelderland betrokken bij het programma A2 Deil-Vught. Samen met de gemeenten Zaltbommel, Maasdriel en ’s-Hertogenbosch, de provincies Gelderland en Noord-Brabant en de Fietsersbond ontwikkelt hij de snelfietsroute F2. Deze route loopt van Zaltbommel via Hedel naar ’s-Hertogenbosch en omgekeerd. F2 maakt deze verbinding sneller en veiliger. Zo is het een goed en veilig alternatief voor een autorit over de drukke A2.

“We startten destijds met een informatieavond over de keuze van het tracé in Zaltbommel. Er waren toen vier opties. Toevallig staan dit jaar weer een aantal avonden op de planning. In diverse gemeenten, waaronder in ‘s-Hertogenbosch. Nu over de uitvoerende werkzaamheden.”

Inmiddels is het eerste deel van de 15 kilometerlange snelfietsroute klaar. In Zaltbommel kunnen fietsers sinds eind 2020 gebruikmaken van dit fietspad tussen de Hogeweg en de toekomstige tunnel onder de N322. Dit jaar (2022) wordt hard gewerkt aan de verbinding tussen Zaltbommel en Hedel.

Comfortabel en plezierig

“Hoewel de term snelfietsroute al aardig ingeburgerd raakt, heb ik het toch liever over een hoogwaardige fietsroute. Het draait namelijk niet alleen om snelheid. Het is vooral belangrijk dat wij fietsen van A naar B zo vlot, comfortabel en plezierig mogelijk maken. Voor iedere fietser op elke soort fiets. Eerder werd vooral de nadruk gelegd op snelheid en de kortste weg. Nu blijkt uit onderzoek dat aantrekkelijkheid ook een belangrijke factor is om voor de fiets te kiezen. Aan ons de uitdaging om daar ook aandacht voor te hebben.”

‘Fiets-minded’

De snelfietsroutes zijn te herkennen aan de brede, rode fietspaden en de speciale bewegwijzeringsborden. Een F gecombineerd met het nummer van de aanpalende snelweg. In dit geval de A2. 

“Doordat we tunnels of bruggen aanleggen bij drukke kruisingen hebben fietsers geen last van het verkeer. Fietsers hebben voorrang bij kruisingen en rotondes in de bebouwde kom. Deze vormen van voorrang vind ik heel belangrijk. Dat laat zien dat het om de fietser draait, die krijgt nu eens de aandacht. Eerder was dit altijd de auto. Ik vind dat trouwens meteen ook het mooie aan mijn werk. We leggen met elkaar zichtbaar iets moois neer en zorgen voor de juiste omstandigheden. Zo helpen wij mee mensen meer ‘fiets-minded’ te maken.”

In Nederland komen steeds meer hoogwaardige fietsroutes. Wietse is bij de aanleg van een aantal hiervan, betrokken.

“We zijn in Nederland koploper. Het buitenland wil graag van ons leren. Zij hebben interesse in onze manier van bewegwijzeren, onze samenwerking met ingenieursbureaus en kennisinstellingen. Desondanks moeten wij onszelf ook blijven uitdagen. Ik zie nog wel kansen. Nu zijn de P+R ‘s buiten de stad bijvoorbeeld vaak alleen gericht op de overstap van auto op trein of bus. Waarom kijken we bij de aanleg van dit soort overstappunten niet naar een combinatie met een hoogwaardige fietsroute, zodat de automobilist na zijn overstap binnen 15 minuten op de fiets de stad in kan rijden?

Echt luisteren

Wietse, die ooit tropische bosbouw studeerde, heeft al veel verschillende projecten in binnen- en buitenland mogen meemaken. “Hoewel elk project zijn eigen dynamiek kent, blijkt elke keer weer dat het draait om luisteren en goed communiceren. Of ik nu bezig was met bermbeheer, energie, mobiliteit. Altijd geldt: niet schrikken van kritiek. Luister naar elkaar, stel gerichte vragen en geef niet meteen je eigen mening. Dat is in dit project niet anders. Samen komen we tot een beter plan. Dat geeft mij energie.”